Militaire Dienst

De militair Huib Minderhoud.
In vol tenue!

Huib is in november 1953 in dienst gegaan. Opgekomen in Venlo, daarna naar SROI (school voor reserve officieren), vervolgens moest hij terug naar onderdeel (TNO) wegens “balsturig” gedrag. Hij kwam toen terecht bij het Garde Regiment Grenadiers in Schaarsbergen, waarbij hij het ceremonieel uniform op de foto droeg bij ontvangsten in Amsterdam en Den Haag.

Rechts militair Huib Minderhoud

Grenadiers en jagers van 1950 tot 1995

Nadat Indonesië zijn onafhankelijkheid had verkregen was er voor Nederland geen reden meer om een grote krijgsmacht op de been te houden. Als gevolg van reorganisatie en inkrimping vond voor de tweede keer een samenvoeging plaats van de, inmiddels bij KB per 1 juli 1948 tot ‘Garde’ benoemde, afzonderlijke Regimenten Grenadiers en Jagers. Deze samenvoeging geschiedde per 1 juli 1950. Het gemeenschappelijk regiment werd gelegerd in Arnhem, in de Menno van Coehoornkazerne en de Saxen Weimarkazerne. In 1951 werd de 31e Regimentsgevechtsgroep opgericht, onder commando van commandant Garderegiment Grenadiers en Jagers. Het hiervan deel uitmakende 311e Bataljon Grenadiers en Jagers nam onder andere deel aan de eerste grote geallieerde oefening ‘Counterthrust’ in Duitsland.

Per 1 juni was er een uitbreiding van de West-Europese strijdkrachten, na vermoede ‘kwade bedoelingen’ van Rusland. Dit resulteerde onder andere in het splitsen van het Garderegiment Grenadiers en Jagers in twee afzonderlijke regimenten, te weten het Garderegiment Grenadiers en het Garderegiment Jagers. De infanterie ging bestaan uit depots voor de basisopleiding en uit parate bataljons.

Het 1e Infanteriedepot (Gardedepot voor Grenadiers, Jagers en Fuseliers) zetelde in de Frederik Hendrikkazerne te Vught. In dit depot zetelden ook de drie regimentscommandanten. De parate bataljons Grenadiers en Jagers vormden samen met het Fuseliersbataljon, het 41e Regiment Infanterie. De Jagers kregen het nummer 412, de Grenadiers het nummer 413. Na rondzwervingen, voor de Grenadiers via Steenwijkerwold en Harskamp en voor de Jagers via de Wittenberg en Kamp Driesprong te Ede, verhuisden beide bataljons in het najaar van 1954 naar de toen nog niet geheel afgebouwde Oranjekazerne te Schaarsbergen.

In 1957 veranderde de naam van 41e Regiment Infanterie in 11e Regimentsgevechtsgroep. De Grenadiers kregen het nummer 11 en de Jagers het nummer 12. Deze nummering is zo gebleven tot 6 april 1995. De naam van de 11e Regimentsgevechtsgroep was later achtereenvolgens 11e Infanteriebrigade, 11e Pantserinfanteriebrigade en tenslotte 11e Infanteriebrigade Luchtmobiel. De Jagers zijn tot de samenvoeging van Grenadiers en Jagers in 1995 steeds blijven behoren tot 11e Brigade en zijn steeds gehuisvest geweest in de Oranjekazerne. De Grenadiers zijn in 1960 verhuisd naar de Saxen Weimarkazerne en zijn vervolgens gaan behoren tot de 12e Brigade. In 1992 zijn de Grenadiers weer teruggekeerd in de Oranjekazerne.

In de periode 1953 tot 1994 namen Grenadiers en Jagers, al of niet in NAVO-verband, deel aan vrijwel alle grote (internationale) oefeningen in Duitsland en Frankrijk (La Courtine). In 1965 kreeg het 11e Pantserinfanteriebataljon Garde Grenadiers, als eerste de beschikking over pantservoertuigen (YP408). De andere infanterie bataljons volgden. Het 8-wielige pantservoertuig YP 408 (van DAF) is later vervangen door het pantserrupsvoertuig YPR. Tot aan het ‘luchtmobiel’ worden is dat zo gebleven.